8 augustus 2017
Deze zijstraat was ooit een van onze vele kerkwegen. Voor 1690 verbond de weg ons vroeger Weiveldkapelletje met de omgeving van het Schaliënhuis. Vermoedelijk was het een belangrijke verbindingsweg en de rechtstreekse weg naar de buurt van Koudehaard, vermits het achterste gedeelte van onze Stationsstraat nog niet bestond. Door de spoorwegaanleg in 1836 werd echter niet alleen het kapelletje gesloopt en herbouwd op een andere plaats, ook het tracé van de aloude weg diende ter plaatse licht te worden gewijzigd.
Het kan misschien verwondering wekken, maar de straat van het vroegere kapelletje, nu een spooroverweg, in de richting van de Weiveldmolen was midden vorige eeuw nog een gewone aardeweg en de zijweg die ons bezighoudt behoorde toen nog tot de verbindingsweg tussen Hooilaart en het kruispunt Hanenstraat-Bovendonkstraat. Het was naar dit laatste kruispunt dat heel het traject van de weg Weyveld gat werd genoemd. Zoals reeds vroeger geschreven, waren Weiveldgat en Braekeleiregat gewoon twee tegenover elkaar liggende zones en namen waarvan de molenaar (oorspronkelijk in het midden van het uitgestrekte Weyvelt) zich bediende om bepaalde windrichtingen te verduidelijken.
De weg die ons nu interesseert kruiste juist voorbij het achterste van de op heden bebouwde percelen een vroegere molenweg. Deze laatste liet de bewoners langs de Hauwerstraat toe vlug de Weiveldmolen te bereiken en werd in onze vroegste wegenatlas opgenomen onder de naam Willekaey weg. Hij werd zo genoemd naar het oude toponiem Willequoy, een uitgestrekt gebied in het verlengde van onze huidige Kruisbaan. Waarschijnlijk betrof het een zone waar na het rooien van de bossen de grond moeilijk te bewerken was gebleven. Dat die molenweg destijds zeer belangrijk was bewijst het feit dat er zelfs een aparte overweg werd voorzien die, samen met een paar andere overwegen, door de Staatsspoorwegen pas op 9 juli 1864 werd afgeschaft.
Aangezien het vroegere Schaliënhuis ondertussen alle betekenis heeft verloren en onze betrokken zijweg is te beschouwen als een aftakking van genoemde molenweg, menen we dat met “Willekooi” toch nog herinneringen worden opgeroepen aan plaatselijke toestanden die nu reeds ver achter ons liggen.